Even voor de duidelijkheid, om te voorkomen dat we elkaar verkeerd begrijpen en ruzie krijgen. Als ik zeg dat het mooi weer wordt, pak dan niet meteen je zwembroek, plan geen dagje naar het strand, bereid je niet voor op een lange fietstocht. Het valt zo tegen als je overvallen wordt door een plensbui, of je blote huid wordt gestriemd door een flinke hagelbui net op het moment dat je languit in het rulle zand van Scheveningen gaat liggen.
Mooi weer betekent niet automatisch dat er een strak blauwe hemel moet zijn, met een brandende zon die je huid teistert. Voor mij is dat geen mooi weer, maar saai weer. Want zo’n hemel zonder wolkje, met fel licht dat je ogen doet toeknijpen, wat moet ik daar mee? Oké, als ik languit in het zand wil gaan liggen, of in een zwembad, dan is het leuk.
Vaak heb ik het over mooi weer als de meeste mensen liever binnen blijven, of alleen naar buiten gaan met stormvaste paraplu’s. Juist dan valt er voor mij iets te beleven. Tijdens herfst- en winterbuien zijn bijvoorbeeld de meest prachtige luchten te zien.
Zoals op tweede kerstdag. De dag erna was een saaie, grijze dag vol regen waar ook ik chagrijnig van werd, maar op tweede kerstdag heb ik mij prima vermaakt, hoewel het allemaal hap snap tussen de geplande familiaire bezigheden door moest. Ik heb de nodige foto’s gemaakt. Van wolken in allerlei grijstinten. Lange verticale regenslierten tegen een blauwe lucht. Enorme hagelwitte stapelwolken aan de horizon, fel verlicht door de zon. Wel op tijd weer de auto in, voordat die lange slierten de grond bereiken…
Mijn handen zijn helaas slecht geïsoleerd. Als ik een tijdje in het open veld sta, met een camera die aan de buitenkant voor een groot deel uit metaal bestaat, worden ze al snel pijnlijk koud. Soms is het zo erg, dat ik niet eens de ontspanknop onder mijn wijsvinger voel. Niet of half of helemaal indrukken is dan een pure gok.
Maar gelukkig, sinds kort verkopen ze bij de ANWB handwarmers. Lang geleden, toen ik militaire dienst zat (ik moest wel, want dienstplicht), gebruikte ik ze op oefening. Platte, metalen kastjes waar je benzine in deed. Mobiele kacheltjes.
De moderne variant ziet er heel anders uit en ik snap echt niet hoe het werkt. Het is een plat kussentje dat precies in je handpalm past en een soort gel bevat. Een plat zakje met Velpon is een aardige omschrijving. Er drijft een metalen knoop in. Het zakje neem je gewoon mee en zodra je warmte nodig hebt, knik je het metaal even heen en weer, alsof je zo’n ouderwets blikken speelgoed kikkertje laat ‘klikken’.
Zodra je de knak hoort/voelt, verandert de transparante gel supersnel in een witte, taaie massa die warmte uitstraalt. Het wordt zo heet, dat je bijna je vingers brandt. Ongelofelijk! Het lijkt tovenarij. Heerlijk voor mijn tere handjes!
Nadat alle warmte is afgegeven, is de inhoud van het zakje veranderd in een harde, kaarsvet achtige brok. Weggooien? Ben je mal! Eenmaal thuis ongeveer acht minuten in kokend water leggen en hocus pocus, het zakje bevat weer vloeibare, transparante “lijm”.
Wat een uitvinding, zo’n mini-kacheltje voor onderweg. Ik heb er meteen een heel stel gekocht. Bepakt en bezakt met oplaadbare hoge-capaciteits-batterijen, een stel geheugenkaarten en mijn kacheltjes ga ik tegenwoordig op pad. Kom maar op met die sneeuw!