Geplaatst op

Column: Op de cent

Bij de introductie van ‘gratis voicemail bij KPN Telecom’ heb ik wel drie keer de folder doorgespit op zoek naar het addertje onder het gras. Schoorvoetend moest ik toegeven dat het écht gratis was en heb ik de dienst ingeschakeld. Enige tijd later werd mij de grandioze mogelijkheid aangeboden om interessante aanbiedingen te beluisteren, en wel direct na het afluisteren van mijn voicemail berichten. Aangezien ik op televisie bij voorkeur niet naar reclame kijk, was ik zeker niet van plan dat via de telefoon ineens wel te gaan doen.

De rest van Nederland dacht er waarschijnlijk net zo over, want enige maanden later was de stem die mij vertelde dat er interessante aanbiedingen waren ineens verdwenen. Dat was achteraf gezien de eerste voorbode van het einde van een gratis dienst. Het moest er van komen en nu is het dan zover. Ook voor het afluisteren van voicemail geldt vanaf half mei het starttarief van een dubbeltje, verhoogd met het basistarief.

De vraag naar telefoonbeantwoorders is nog nooit zo groot geweest. Veel mensen peinzen er niet over om voor voicemail te gaan betalen. Liever leggen ze tussen de honderd en vierhonderd gulden neer voor een eigen telefoonbeantwoorder. Beter veel geld kwijt voor een echt apparaat, dan weinig voor een ontastbare dienst.

Een snelle berekening, die ik hier met alle plezier achterwege laat, leert echter dat er – tijdens het daltarief – elke dag meerdere minuten naar voicemail geluisterd moet worden, om na één jaar de honderd gulden die een goedkope beantwoorder kost kwijt te zijn. Wie krijgt er per dag zoveel berichten op zijn voicemail? Ik in ieder geval niet.

Oké, een eigen beantwoorder is van jezelf, staat in je eigen (huis)kamer en mag je voor altijd houden. Het ding kost na aanschaf hooguit wat setjes batterijen en een sporadisch in de soep gedraaid bandje. Terwijl al het geld dat wordt opgebeld naar voicemail voorgoed verdwijnt, verdampt.

Waarom was voicemail eigenlijk zo handig? Nou, in de praktijk valt dat tegen. De voor vijfentwintig gulden aangeschafte voicemailmelder knippert met grote regelmaat terwijl er toch geen enkel bericht op voicemail is ingesproken.

De meeste mensen kwakken de hoorn meteen neer zodra ze merken dat ze doorgeschakeld worden naar voicemail. Een snel aangeschafte nummermelder van vijftig gulden, in combinatie met een maandelijks abonnement van een rijksdaalder op de dienst nummerweergave, leert tenminste wie er gebeld heeft. Zodoende kan er altijd nog teruggebeld worden om te vragen wat er aan de hand is.

Kortom, een eenvoudige nummermelder zou al die jaren voldoende zijn geweest. Voicemail of een antwoordapparaat is volstrekt overbodig. De meeste mensen spreken toch geen bericht in.

Nu we het toch over nummermelders hebben. Zouden al de mensen die uit kwaadheid een telefoon­beantwoorder hebben gekocht, nu ook nummerweergave gaan uitschakelen? Vast niet. En toch kost die dienst twee gulden vijftig per maand. Hoe vaak er ook wordt gebeld. Nog sterker, óók als er helemaal niet wordt gebeld.

Ik durf te wedden dat de dienst nummerweergave in de praktijk meer kost dan de dienst voicemail. En dan heb ik het niet eens gehad over het abonnement van tweevijftig per maand voor de dienst ‘u bent al aan het bellen, maar er belt nog iemand’, genaamd wisselgesprek. Want wie heeft die niet aanstaan?