Geplaatst op

Column: Regelgekte

Sommige mensen zijn regelgek. Als er niets te regelen valt, dan regelen ze dat alsnog. Daar waar alles als vanzelf zijn weg vindt, grijpen ze maar al te graag in. Want wat vanzelf gaat, dat kan nooit goed wezen.

Slechts één weg scheidt ons huis van een overheerlijke pizza of Cannelloni. Het is een lange weg, dat wel, maar tot voor kort was het makkelijk te doen. Thuis even bellen, op mijn gemak erheen tuffen, een dampende tas in ontvangst nemen, terugrijden, happen maar. Nooit vertraging. Nooit file. En dat in Amsterdam.

Die lange weg is nu volgeplempt met stoplichten. Doorstroming is veranderd in overstroming. Bij elke beweging in welke onbenullige zijstraat dan ook, springen op die mooie, lange, rechte voorrangsweg (!) meteen de lichten op rood. De zijstraten ogen angstaanjagend leeg. De voorrangsweg is gevuld met massa’s stilstaande auto’s. Pikant detail is dat de signaleringslussen zelfs op parkeerterreinen liggen. Rijdt er een auto over het parkeerterrein, dan krijgt de doorgaande weg alsnog rood licht. Waar ik tandenknarsend stilsta, met mijn snel afkoelende Italiaanse gerechten.

Nee, dan kun je beter in Amsterdam Noord gaan winkelen. Daar is het lumineuze idee geboren om op zaterdag alle parkeerterreinen in een blauwe zone te veranderen. Anderhalf uur tijd om je geld er doorheen te jagen en geen minuut langer. Rondsnuffelen is er niet meer bij.

De diepere achtergrond – want wie weet wat er in de geesten van de bedenkers omgaat – is vast meer mensen de kans te geven een parkeerplek te vinden. Onder het mom: beter veel vluchtige bezoekers die geen tijd hebben om geld uit te geven en die zodra ze dorst en honger krijgen elders hun heil zoeken, dan langparkeerders die flink wat duiten laten rollen.

En het resultaat mag er zijn. De parkeergarage staat op prime-time tegenwoordig voor driekwart leeg. Op het aller aller-aller-allerverste parkeerterrein ontbreekt een blauwe streep. Dáár concentreert zich nu alle parkeerdrukte. Eerst anderhalf uur in de rij voor een vrije plek, maar daarna kun je dan ook heerlijk rustig door het winkelcentrum slenteren.

Als er al regels zijn, dan valt er niets meer te regelen voor de regelaars onder ons. Ha! Dat dacht je! Want daar waar regels zijn, verander je ze gewoon. Of nog beter, je smijt ze collectief overboord. Verkeersregels bijvoorbeeld. Die zijn er voor de duidelijkheid. Althans, dat dacht ik tot voor kort. Als iedereen dezelfde regels toepast, weet je altijd waar je aan toe bent.

Met voorrangsregels voorkomen je misverstanden. Aangenomen dat elke weggebruiker ze kent en toepast. Nou, in (Oud) Sloten kun je je moeizaam verdiende theoriecertificaat ritueel verbranden, of opeten en thuis als compost in de keramieken stoel deponeren. In Sloten zijn nu aan beide zijden wegversmallingen aangebracht. Een trucje om het verkeer te temperen, want op een landelijke weg binnen de stadsgrenzen van Amsterdam, daar rijdt men al snel te hard.

De verkeersstromen kunnen alleen beurtelings langs de versmalling. Gevolg: dagelijks sta ik oog in oog met collega automobilisten en is het telkens de vraag: rij jij of rij ik. Denken wij beiden tegelijk “ik”, dan is een frontale botsing het gevolg.

Een poging om overlast door voortrazend verkeer te verminderen, heeft zodoende tot gevolg dat automobilisten bij een glimp van een tegenligger juist flink gas geven om snel langs de versmalling te razen. Waardoor die tegenliggers flink in de remmen moeten, om daarna met extra geluid- en stankoverlast weer vanaf nul moeten optrekken.

Het absolute dieptepunt is het ophaalbruggetje tussen Amsterdam (Sloten) en Badhoevedorp en dat meteen ook een T-splitsing is. Komende vanaf Amsterdam (de lange steel van de T) wil het gros van de mensen na de brug direct rechtsaf. In dat geval gaat alles goed. Maar wil je naar links, dan stuit je op de stroom auto’s die vanaf rechts komt en juist richting Amsterdam wil.

Tot voor kort moest je dan weleens ‘eventjes’ wachten. Eindelijk is daar nu een oplossing voor bedacht. Want nu staan op alle drie die plekken stoplichten en mag afwisselend één van de drie verkeersstromen de brug over.

Het succes hiervan is niet alleen meetbaar, maar ook zichtbaar. Waar vroeger het verkeer voornamelijk in de spits stagneerde, staan nu bijna de hele dag vanuit alle drie de richtingen lange rijen auto’s voor de brug te wachten. Lekker geregeld!