Geplaatst op

Column: Ritjes

“Ik heb goed nieuws en ik heb slecht nieuws. Het goede nieuws is: de airbags werken.” Ook al is dit grapje alweer enkele jaren oud, het tovert nog altijd een glimlach op mijn gezicht. Ik heb een nieuwe auto, sinds een week. Door een samenloop van omstandigheden een luxer exemplaar, met allerlei snufjes, dan ik ooit eerder in mijn bezit heb gehad. Ook ik heb nu, voor de allereerste keer, airbags. Vandaar dat ik op maandagmorgen op het werk binnenstap met de mededeling: ‘We hebben alles uitgeprobeerd, behalve de airbags.’

Wat op het ene moment nog bijzonder is, werkt niet veel later alleen nog op de lachspieren. Want bij het verlaten van een parkeergarage valt mijn oog op de achterklep van iemands auto. “2 airbags,” staat er met sierlijke letters. Dat staat nu ongeveer even dom als die plastic plaatjes van weleer met de tekst: “katalysator”. Elke nieuwe auto heeft tegenwoordig een katalysator en vier of zes airbags zijn standaard. Nog even en je haalt je auto op in een grote witte ballon.

Vrijdag laat op de middag haal ik hem op, in de stromende regen. Eindelijk is het dan zo ver, ik stap mijn nieuwe auto in. November, dus vroeg donker, drukke spits, kortom niet echt het moment om lekker te toeren. Nog even geduld hebben, Kees. Op zaterdag gaat het niet veel beter. Een verplichte rit, heen en weer tuffen voor een verjaardag. Een nieuwe auto nodigt uit tot rijden, dus als ik bij de bestemming ben rijd ik het liefst door, maar dat is zo lullig voor de jarige, mijn moeder.

Dan de zondag. ’s Morgens werken. ’s Middags gaan we dan eindelijk toeren. Althans, dat was het idee en een idee is slechts een idee. Mijn schoonmoeder belt en dat is het begin van een compleet ander dag- en avondvullend programma, maar hierover meer in een andere column (zie column Rikketik).

Een nieuwe werkweek begint, dus opnieuw verplichte, saaie, korte ritten van en naar het werk. Zit ik net lekker, moet ik er alweer uit, de stromende regen in. Maar dan, maar dan, dan is het donderdag. Vandaag begin ik héél vroeg, zodat ik ook héél vroeg weer weg kan. Dé kans om wat rond te toeren.

Helaas. Wel vroeg op het werk, maar toch laat weg en daarna een file van deur tot deur. Nooit eerder heb ik er zo lang over gedaan om thuis te komen. In rustige tijden kost het een kwartier, meestal een halfuur, bij extreme drukte drie kwartier en nu maar liefst VIJF kwartier! Meer dan een uur gevuld met nerveus laverende automobilisten die zich in te kleine gaatjes willen proppen, met de kans op duizenden guldens blikschade. Dit risico nemende om één honderdste van een seconde eerder thuis te zijn.

Ik moet toegeven, vandaag was het eindelijk een lánge rit. Het was tevens voor het eerst dat ik blij was dat ik UIT de nieuwe auto kon stappen.