Geplaatst op

Column: Spion in huis

Computervirussen zijn eng. Hoewel het virus zelf alleen maar een symptoom is. Want wat werkelijk eng is, dat zijn de mensen die erachter zitten. Wie haalt het in zijn hoofd om zoiets te maken en te verspreiden? Wat is er leuk aan het aanrichten van zoveel mogelijk schade bij zoveel mogelijk mensen?

Het is gewoon walgelijk. Doe eens wat nuttigs met je tijd en computerkennis en help mensen, in plaats van ze dwars te zitten. Er gaat enorm veel tijd, geld en energie verloren in de moeizame strijd tegen de virusterreur. Vroeger had ik niet eens een virusscanner, laat staan een firewall. Ik kan het mij nu amper nog voorstellen!

De laatste tijd krijg ik verdacht veel virussen toegestuurd. Dat kan een goed teken zijn. Een schrijver wil gelezen worden, een fotograaf bekeken (nou ja, de plaatjes dan) en los van de vraag of dat gebeurt en of men het iets vindt, lijkt het erop dat mijn emailadres enigszins bekend begint te raken.

Dat kan alleen maar te maken hebben met mijn verhalen en foto’s op het internet. Vroeger, ondergedompeld in een diep vat gevuld met anonimiteit, kreeg ik namelijk nooit virussen. Kennissen met veel (illegale) software wel, maar ik ontsprong de dans altijd.

Toch is er iets om nog veel banger voor te zijn dan voor de huidige generatie virussen. Aangenomen dat de huidige golf van virussen door baldadige jongelui is geschreven en relatief onschuldig is, zoals vaak wordt beweerd, begin ik nu toch wel heel erg ongerust te worden.

Internet is een wereldwijd netwerk, dat mag bekend zijn. Ontelbaar veel mensen zoeken daar geregeld aansluiting mee, een toenemend aantal mensen zit er zelfs permanent op. Een ieder met zijn eigen computertje vol met programma’s en gegevens. Informatie over van alles en nog wat wordt er op die computers opgeslagen.

Een schat aan informatie, zomaar open en bloot op de harde schijf. Daar lijkt weinig mee te kunnen gebeuren, de computer staat immers veilig in huis. Toch bestaat er zoiets als de “grote boze buitenwereld”. De computer is er met een zijden draadje mee verbonden.

Criminele organisaties, terroristische organisaties, geheime diensten, noem maar op. Misschien ontstaat er binnenkort wel een sekte die besluit het internet volledig te zuiveren van alle kwade geesten: ze streven naar een maagdelijk internet, een supersnel netwerk zonder computers.

Kortom, genoeg partijen die ruimschoots in staat mogen worden geacht om slimme en vooral onzichtbare virussen te bouwen die ze op de wereld kunnen loslaten. Virussen die niet snel te detecteren zijn, hun bestaan niet verraden door iets stompzinnigs te doen zoals het laten crashen van de harddisk en die via allerlei slinkse wegen iemands computer binnensluipen. Ongemerkt haal je ze binnen, bijvoorbeeld in een o zo leuk en gratis softwarepakketje, een muziekje, of een filmfragment.

Voor je het weet zitten er dan zomaar ineens spionnen in jouw eigen computer. Die al je privé-gegevens doorzoeken naar pincodes, pasnummers, je geloofsovertuiging, of gevoelige informatie waarmee ze je denken te kunnen chanteren. Wie weet welke informatie nog meer waardevol is voor zulke organisaties.

Vervolgens sluizen ze alle waardevolle informatie met de regelmaat van de klok door naar de maker, gewoon via jouw open verbinding met het internet. Ze hoeven je huis niet eens meer in!

Kijk, dát zijn pas virussen, nog sterker: dat zijn de échte virussen. Dát is waar we écht bang voor moeten zijn. Lijkt het te fantastisch, te onwaarschijnlijk om waar te zijn? Vergeet het maar! Ooit zullen ze er zijn. Met een beetje pech zijn ze er al.