Een blauwe lucht en een lekker zonnetje. Tijd om een terrasje op te zoeken. Een restaurant aan het water in Akkrum (Friesland) biedt uitkomst. Vanaf ons tafeltje heb ik een prima uitzicht over het water en de boten die voorbij komen varen.
Rechts van het restaurant bevindt zich een riante aanlegsteiger. Het formaat van het jacht dat daar ligt verklaart waarom die steiger niet pal voor de deur is aangelegd. Dan keek ik nu tegen een enorme witte wand aan.
Terwijl ik een koel glas van de ober in ontvangst neem, komt een groepje mensen het restaurant uitlopen. Voorop loopt een jonge gozer die opzichtig met een sleutelbos loopt te rammelen. Een patsertje. Zonnebril met donkere glazen op zijn neus, alsof we midden in een hittegolf zitten. Hij blikt om zich heen om te bepalen of hij wel genoeg opvalt. Op gepaste afstand volgt de rest van het gezin. Ze bereiken de waterkant en slaan dan rechtsaf, richting steiger. Het haantje uiteraard voorop.
Met afgrijzen sla ik het tafereel gade. Wat een uitslover! Een beetje de blitse jongen uithangen met de peperdure boot van zijn vader. Hoe oud zou die jongen zijn? Twintig? Vijfentwintig? In ieder geval te jong om de eigenaar van die enorme boot te zijn, ook al doet hij heel erg veel moeite om die indruk te wekken.
Ik besluit dat hij al die aandacht niet waard is en kijk naar een voorbijvarend binnenvaartschip. Vrijwel geruisloos glijdt het door het water. Pas op het moment dat de achtersteven voorbijkomt, is ook het zware geronk van onderhuidse motoren te horen. Op deze plek bevindt zich een flauwe bocht. Het water achter het schip borrelt en bruist en spettert alle kanten op tijdens het bijsturen.
Het geluid van de zware motoren sterft weg, het water komt weer tot rust. Ik schrik op uit mijn gedachten als een nieuw geluid mijn oren binnendringt. Een licht gesputter, heel anders dan het mooie zware geronk van daarnet. Toek toek toek toek … wat zou dat zijn?
Nieuwsgierig draai ik mijn hoofd in de richting van het geluid en mijn mond valt open van verbazing. Achter het enorme witte jacht komt een toek toek tevoorschijn. Heb je die weleens gezien, of liever gezegd, gehoord? Een toek toek is een kleine boot, of meer een uit de kluiten gewassen houten roeiboot. Maar dan zonder roeispanen, want er zit een licht motortje achterop. Dat motortje doet: toek toek toek toek.
Die boot is overvol. Er lijkt wel een heel gezin in te zitten. Aan het roer zit een knul met een donkere zonnebril. Ik begin te schateren. Dit bootje had ik daarnet helemaal niet gezien, verscholen als het lag achter dat luxe jacht.