Geplaatst op

Column: Twaalf jaar

Twaalf jaar alweer. Wat gaat de tijd toch snel. Ik kan het mij nog zó goed herinneren, de eerste keer dat ik naar je keek. Je zag er mooi uit. Heel mooi zelfs. Nog helemaal nieuw en ongebruikt. Ik twijfelde wel of ik het zou doen. De verleiding was groot om direct de knoop door te hakken, maar mijn verstand zei dat het beter was om het even aan te kijken. Dus eerst maar een gesprekje aangeknoopt, afscheid genomen met de belofte ‘ik denk er nog even over na’, om de dag erna snel weer een kijkje te komen nemen.

Voor ik het wist ging ik er dan toch voor. Ongemerkt zijn we nu alweer twaalf jaar verder. Het is bijna niet voor te stellen. Dat iets waar je toen zo blij mee was, nu zonder een traan te laten zomaar wordt achtergelaten. Afgedankt. Vervangen door iets nieuws. Toegegeven, twaalf jaar is erg lang. Dingen verouderen. Ze slijten. Je kunt er niet tot in de eeuwigheid mee blijven doen. Het was een knoop die moest worden doorgehakt. Oud moest plaatsmaken voor nieuw. Na twaalf jaar heb ik dan eindelijk mijn auto vervangen.

Helaas waren de eerste jaren met wat inmiddels onze vorige auto is een totale ramp. Elektronica en mechanica, ze konden het niet echt goed met elkaar vinden. Al vlak na aankoop wilde de motor niet starten. Daar sta je dan. In een parkeergarage vlak voor sluitingstijd. Met de achterbak tot aan de nok toe gevuld met de wekelijkse boodschappen. De toegesnelde monteur kon niets vinden. Want ‘de computer heeft geen foutmelding opgeslagen.’ En dus werden er preventief wat onderdelen en paar sensors vervangen.

Uiteraard was daar het probleem niet mee verholpen en stond ik korte tijd later weer stil. De auto gaf mij één zekerheid: ik wist altijd dat ik ergens zou stranden. Alleen niet wanneer, en vooral niet waar. Bij elk stoplicht was ik als de dood dat de motor zou afslaan en als een brug openstond zette ik in geen geval de motor uit. Want kwam ik er daarna nog weg? Ik durf het bijna niet te zeggen, maar als we een vakantiebestemming zochten, keken we allereerst waar een merkgarage zat en pas daarna wat er te doen was en of er wel een huisje vrij was.

Weet je wat het is met auto’s. Als het vertrouwen kapot is, rijdt het niet meer ontspannen. Je weet nooit of je kunt instappen en wegrijden. Om dat nog eens extra kracht bij te zetten, weigerde de auto steevast dienst op de meest afgelegen en onherbergzame plekken. Waar in kilometers niemand te bekennen was. Langs een kronkelig modderpaadje midden in een bos bijvoorbeeld. Het is erg lastig uitleggen aan de wegenwacht bij welk vogelhuisje je nu weer staat. Na drie jaar was ik het helemaal zat. Ik had al te lang gewacht en schreef een boze brief aan de fabrikant.

Op weg naar de brievenbus strandde de auto. In de garage aangekomen klonk het bekende ‘er staat geen foutmelding in de computer’ en werden weer wat onderdelen vervangen. Want je weet maar nooit. Tijdens het afrekenen opperde een monteur terloops: ‘Zou het dan misschien toch die ene sensor zijn die we nog niet vervangen hebben?’

Kortom, na drie jaar was de boosdoener dan toch gevonden. Omdat de auto eindelijk deed waar ‘ie voor bedoeld was, rijden dus, hebben we hem langer gehouden dan oorspronkelijk de bedoeling was. En het moet gezegd, hij heeft zich vele jaren kranig gedragen. De laatste tijd zaten we wel met een nieuw dilemma. Eigenlijk was deze auto total loss, want een grote beurt kostte meer dan wat de auto nog waard was. We besloten afgelopen jaar dan ook om er zo min mogelijk in te rijden. De auto kwam glansrijk door de APK, dus laten we het lot vooral niet tarten. Andersom gebeurde helaas wel. Door familieomstandigheden was de auto plotseling hard nodig. We pendelden meer dan 8000 kilometer in nog geen tien weken tijd! Daar doe ik anders ruim een jaar over. Gelukkig gaf de auto nog steeds geen krimp.

Deze maand hebben we hem dan eindelijk achtergelaten. We waren bijna even blij als toen we hem twaalf jaar geleden met ons meenamen. Nou, eerlijk gezegd is het in oktober pas twaalf jaar, maar we durfden het niet aan dit jubileum af te wachten. Je kunt ook te ver gaan. Zoals drie jaren wachten om een nog mooier jubileum te vieren: het vijftienjarig bestaan. Stiekem kijk ik al wel een beetje naar dat moment uit. De nieuwe auto hebben we dan namelijk precies drie jaar. Ik hoop dat al die nare kuren ons dit keer bespaard blijven, maar voel al wel een klein zenuwtrekje bij mijn ooghoek opspelen.