Geplaatst op

Column: Vrijheid van beledigen

God, wat ben ik blij dat imam El Moumni deze week is vrijgesproken. Iedereen begrijpt toch dat hij niet opzettelijk homoseksuelen heeft beledigd. Natuurlijk niet, dat doet toch geen hond. Het is gewoon godsdienstvrijheid. En de vrijheid die hij heeft als imam, is dat hij exact moet napraten wat iemand die in de veronderstelling verkeerde dat hij de bedoelingen van God begreep ooit heel lang geleden eens een keertje heeft op­geschreven. Simpel toch?

Ik was echt heel bang dat een veroordeling zou volgen. En dat na al de noeste arbeid die ik heb verricht. Maanden van onderzoek, boeken lezen en rondneuzen op internet. Zelfs de CIA en de FBI en al hun vriendjes merkten dat er iets aan de hand was. Verhoogde activiteit noemen ze dat geloof ik. Mijn database nadert nu eindelijk zijn voltooiing en deze week gooide het gerechtshof in een dorpje aan de kust bijna alsnog roet in het eten. Had ik alles zo in het kanaal kunnen dumpen. En dat terwijl het leven vroeger zoveel eenvoudiger was.

Want vroeger was alles anders. Waar is de tijd gebleven dat je zomaar iemand kon beledigen. Tegenwoordig kan dat niet meer, word je meteen aangeklaagd. Word je beschuldigd van demoniseren. Krijg je ineens verdacht veel post, met kleine metalen voorwerpjes erin waarvan het doel mij geheel onduidelijk is. Schiet mij maar lek.

Mede dankzij meneer Moumni ontdekte ik hét gat in de markt. Out of the darkroom dus eigenlijk. Want godsdienstvrijheid is toch zoiets moois! Die vrijheid moeten we met hand en tand verdedigen. Oké, eerlijk is eerlijk, er speelt dit keer een klein beetje eigenbelang mee. Vandaar mijn intensieve speurtocht in boeken en op internet. Er bestaan namelijk zóveel verschillende geloven, dat geloof je gewoon niet. Wellicht denk je nu: eerst zien dan geloven, maar dan is het geen geloven meer, dan is het weten.

Elke godsdienst heeft zo zijn voordelen en nadelen. Ik ben voornamelijk geïnteresseerd in de voordelen. Of beter gezegd, alleen maar in de voordelen. Ik weet nu dat ik vrijelijk homo’s kan en mag beledigen. Dat is de eerste stap. Het begin. Maar ik wil verder, veel verder. Een dag niemand beledigd, is een dag niet geleefd.

En dus bouw ik ijverig aan mijn database. Dat laat ik in een handig klein apparaatje bouwen, het wordt niet groter dan een creditcard – dat is tegenwoordig de defacto standaard voor “klein”.

Hoe werkt het? Stel, ik loop op straat en iemand staat mij niet aan. Kan gebeuren. Dan bestudeer ik hem of haar eerst aandacht en tik ik bijvoorbeeld in: kruisje aan ketting, kralenarmbandje in hand. Na kort nadenken zegt het apparaatje: katholiek.

De persoon in kwestie is in een fractie van een seconde in het juiste vakje geduwd en op het display verschijnt meteen aan welk geloof ik op dat moment het meeste heb. Ik kan hem daardoor naar believen beledigen en niet zo’n beetje ook. Zolang ik daarna maar vroom prevelend verwijs naar het betreffende heilige handboek.

Voorlopig moet het bij beledigen met woorden blijven, maar dat is een kwestie van tijd. Binnenkort meneer Moumni maar eens consulteren wanneer we een stapje verder kunnen gaan. Godsdienstvrijheid kan heel vrij geïnterpreteerd worden, let maar op. Een ritueel klapje is al snel uitgedeeld.

Mocht het tot een rechtszaak komen, dan kan mij niets gebeuren. Hooguit kan men wat argwanend zijn over het feit dat ik talloze geloven aanhang, maar dat is geen probleem. Het leven is kort en de dood tergend lang. Het is beter het zekere voor het onzekere te nemen en alle goden te vriend te houden.

Je zult maar de verkeerde kiezen, je hele leven in Zijn naam geleefd hebben en zodra de hemelse poort dan eindelijk in het zicht komt merken dat die hermetisch gesloten is én blijft. Vervolgens ontwaar je achter een ruitje het grijnzende gezicht van zijn concurrent! Ik denk dat ik dan flink sta te vloeken.