Zojuist heb ik de oud-papier doos onderin de trapkast geplunderd, nadat ik eerst bij de supermarkt een enorme rol plakband heb gekocht. Ik moet zeggen, het resultaat is ernaar. Na een klusje van nog geen tien minuten, kijk ik nu vanaf mijn bank uit op een schitterend natuurreservaat.
Alles wat mij op welke manier dan ook aan de stad doet denken waarin ik woon, heb ik hiermee hermetisch buitengesloten. Klein nadeel is wel dat er nog maar een heel klein vlakje bij mijn zorgvuldig afgeplakte ramen is overgebleven waarmee ik nu nog vrijelijk naar buiten kan kijken. Maar het kan niet anders, als ik tenminste niet constant herinnerd wil worden aan waar ik woon.
Wij mensen zijn rare wezens. Het is een bekend gegeven dat wij proberen om ‘wat wij doen’ en ‘wat wij zeggen’ met elkaar in overeenstemming te brengen. Denk aan “ik ben tenger en heb niet gegeten, daardoor komen die twee glazen Ranja op sterk water harder aan dan bij een grote vent” of “ik scheur door woonwijken omdat ik zo’n goede chauffeur ben en feilloos weet wat de andere verkeersdeelnemers van plan zijn te gaan doen”.
Dat rokers allerlei goedpratertjes hebben, zal dan ook geen groot nieuws voor je zijn. Zinnen als “mijn opa is er negentig mee geworden” en “ik inhaleer niet” en “ik rook light met een filter” zijn overbekend.
Wel nieuw is dat er nu een ware rage is ontstaan rondom het maskeren van de waarschuwing die op een pakje sigaretten staat. Hoesjes die naadloos om het pakje heen passen (o, maar die gebruik ik alleen omdat ik hem dan aan mijn broekriem kan hangen), of wat te denken van stickers die over de waarschuwing geplakt kunnen worden (nee, dan weet ik dat het mijn pakje is en niet die van een collega).
Overigens wel erg slim bedacht! Sommige mensen zien echt overal handel in. Was ik maar zo creatief!
Eerlijk is eerlijk, het staat er tegenwoordig ook wel met koeienletters op en je mag anno 2002 toch eindelijk wel verwachten dat iedereen inmiddels weet hoe goed en hoe slecht roken is (goed voor de staatskas, slecht voor de gezondheid).
We zijn toch niet achterlijk? We weten allerhande informatie over elk denkbare kwaaltje via internet op te sporen, een aantal mensen kijkt naar het nieuws of het journaal en sommige mensen kunnen zelfs nog kranten lezen…
Het staat vast en iedereen weet het: roken is erg ongezond. Excuses en “ja maren’ zijn duidelijke tekenen van dommigheid en tegen beter weten in praten.
Ik hoop dan ook van harte dat het afplakken van de waarschuwing niet bedoeld is om de kop in het zand te steken. Ik kan mij best voorstellen dat het bedoeld is om er niet telkens maar weer aan herinnerd te worden hoe slecht het wel niet is. Want dat weten rokers nu wel.
Het heeft geen zin om het steeds maar ingepeperd te krijgen, bij elke greep naar een pakje sigaretten. Dat is alleen maar vervelend. Elke keer dat je een pakje in je handen neemt, schrik je van die vet gedrukte boodschap. Een roker zou er nerveus van worden. Kan het er zelfs door aan zijn hart krijgen. Steeds maar weer diezelfde combinatie van letters onder ogen krijgen, net zolang tot ze in het netvlies gebrand staan.
Voorlopig kijk ik uit op mijn kleine stukje natuur en beeld ik mij in dat ik in een uitgestrekt natuurreservaat woon. Wat ik niet wil zien, dat is er voor mij niet meer.
Alleen die stadse geluiden! Kon ik die ook maar afplakken! Ai, geluid! Nu niets zeggen, want anders bedenkt de overheid straks weer een nieuwe manier om rokers de stuipen op het lijf te jagen.
Analoog aan de verjaardag- en kerstkaarten met een muziekje erin. Een klein chipje in elke sigaret, zodat zodra je er eentje opsteekt, een schelle stem tegen je begint te krijsen en je meteen in een reflex naar de grond duikt: ‘Pas op! Vlak voor je! Magere Hein!’